Energiebesparingen, respect voor het milieu, duurzaam beheer van de hulpbronnen, zonder ons comfort te vergeten. Dit alles kan worden gewaarborgd door biomassa en met name energiehout. Een kort overzicht van de energie van onze nabije toekomst.
We praten er elke dag over. In de media, onder collega’s of met familie. Ons energieverbruiksmodel leidt ons naar de afgrond. De overconsumptie van fossiele brandstoffen, gas, olie en houtskool veroorzaakt grote klimaat- en milieuveranderingen waarvan de gevolgen reeds erg voelbaar zijn. Het is hoog tijd om de overgang naar hernieuwbare energiebronnen te versnellen om ons voortbestaan te garanderen.
In 2016 was 17 % van de in Europa verbruikte energie van hernieuwbare oorsprong. Europa heeft zich tot doel gesteld dit aandeel van hernieuwbare energiebronnen tegen 2030 op te trekken tot 32 %.
En biomassa is een belangrijke troef om dit doel te bereiken: 41,2 %* van de hernieuwbare energie die momenteel verbruikt wordt, is afkomstig van hout!
* Frankrijk, 2016
Biomassa is simpelweg alle materialen van plantaardige of dierlijke oorsprong die op onze planeet aanwezig zijn, ook organisch afval en plantenresten.
Biomassa wordt in twee hoofdtypen ingedeeld: nat (organisch afval, plantenresten, enz.) of droog (met name houtblokken en houtpellets). Biomassa is de oudste energie die door de mensheid wordt gebruikt: toen we het vuur hebben ontdekt, hebben we voor de eerste keer biomassa gebruikt als verlichting en verwarming.
Biomassa wordt in het bijzonder gebruikt om warmte en elektriciteit te produceren.
Natte biomassa wordt in een gistingstank (een grote gesloten tank) geplaatst om biogas, een gas met een hoge calorische waarde, te produceren via een biomethanisatie-proces (vergisting van de stoffen in afwezigheid van zuurstof). Deze industriële installaties pompen elektriciteit in het net en in sommige gevallen warmte die plaatselijk verspreid wordt via ondergrondse verwarmingsnetwerken.
Droge biomassa wordt meestal direct verbrand, men heeft het dan over energiehout, voornamelijk in de vorm van houtblokken of samengeperst zaagsel (pellets of korrels).
Energiehout is een hernieuwbare energiebron als de bossen op een duurzame manier worden beheerd. Door het compenseren van de afname door aanplantingen herstelt het bos sneller dan dat het wordt gebruikt. Dit is het geval in Europa: de beboste gebieden nemen voortdurend toe!
Zich met een modern toestel op hout verwarmen in plaats van niet-hernieuwbare energiebronnen te gebruiken, laat toe om onze ecologische voetafdruk te verkleinen. De CO2 die bij de verbranding vrijkomt, komt inderdaad overeen met de hoeveelheden die tijdens de groei van de boom werden opgevangen. Deze uitgestoten hoeveelheden worden overgecompenseerd door de opname door de nieuwe aanplantingen en groeiende bossen. In de Europese bosexploitaties die duurzaam beheerd worden, is de koolstofbalans van verwarming op hout dus neutraal. De verwarming op hout uit lokale productie maakt deel uit van een “natuurlijke kringloop”. Het gebruik van lokaal geproduceerd hout vermindert aanzienlijk onze impact op de opwarming van de aarde. Met oog voor de Europese bossen, ware koolstofputten, die jaarlijks 10 % van de CO2-uitstoot opnemen (alle bronnen samen)
In 2016 was in Frankrijk 16 % ** van de verbruikte energie afkomstig van hernieuwbare bronnen. Deze hernieuwbare energie wordt als volgt verdeeld:
We zien dat houtenergie 41,2 % van de hernieuwbare energievoorziening dekt, ver voor water-, wind- of zonne-energie!
Als we ons op warmteproductie richten, is 21,3 % van de energie afkomstig uit hernieuwbare bronnen. Van dit hernieuwbare deel bestaat 78,6 % uit biomassa. (bron: Etat des énergies renouvelables 2017, Bilan EurObserv’ER 2018).
Door de accumulatie van individuele verwarmingstoestellen op hout die door 50 % van de huishoudens in Frankrijk worden gebruikt, ligt houtenergie ver voor op de warmtepompen (10,2 %) of de thermische zonne-energie (2,3 %) bij de productie van warmte uit hernieuwbare energiebronnen.
En de bijdrage van energiehout binnen de hernieuwbare energiebronnen zal in de toekomst cijfermatig verder toenemen.
Onze landen moeten zich aan de becijferde doelstellingen voor de energieproductie uit hernieuwbare bronnen in het eindverbruik (verwarming + elektriciteit + vervoer) houden.
In 2016 bedroeg dit percentage 16 % voor Frankrijk (met een doelstelling voor 2020 van 23 %) en 8,7 % voor België (doelstelling voor 2020 van 13%).
Europa heeft zich tot doel gesteld om tegen 2030 32 % van de verbruikte energie uit hernieuwbare energiebronnen te produceren. En biomassa staat op een prominente plaats in de Europese boeken om dit doel te bereiken.
Energiehout heeft tal van voordelen, zowel op economisch als ecologisch vlak, waardoor het een ideale energiebron is.
Economische troeven:
- Biomassa is in Europa ruim aanwezig: bossen, weiden en gewassen zijn talrijk in onze gebieden. Het duurzaam beheer is verplicht en toont aan dat de vernieuwing de afname overstijgt.
- De biomassa is een kans voor de Europese bedrijven om koploper te worden op het gebied van technologische innovatie, teneinde zich van hun afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te bevrijden.
- Het lokale gebruik van biomassa ondersteunt een lokale economie in korte keten en brengt nieuwe plaatselijke, duurzaam en niet-verplaatsbare werkgelegenheid voort.
- Energiehout is een lokale energiebron; de energie nodig voor de winning, de transformatie en het transport voor energiehout is veel minder dan voor fossiele of nucleaire energie. De lokale biomassa vereist veel minder grijze energie voor de exploitatie ervan dan de fossiele energieën, die steeds verder geografisch en dieper moeten worden geput. En dit heeft ook een economische impact: tussen 1998 en 2013 zijn de kosten van de oliewinning verdrievoudigd!
- Voor particulieren wordt de energiefactuur verlaagd. Verwarming op hout is niet alleen gezelliger, maar ook goedkoper dan verwarming op olie of gas. Zijn prijs blijft stabiel omdat deze niet onderhevig is aan speculatie.
Bovendien is deze hernieuwbare energiebron gemakkelijk op te slaan.
Troeven voor het milieu:
- Een neutrale koolstofbalans: de aanplanting van nieuwe bomen en de groei van de bossen compenseren de CO2 die in de atmosfeer vrijkomt door het verbranden van hout. De koolstof is opnieuw opgenomen tijdens de groei van de boom of de plant. De koolstofbalans is dus neutraal.
De verwarming op hout maakt dus deel uit van een “natuurlijke kringloop” die onze ecologische voetafdruk en onze impact op de opwarming van de aarde aanzienlijk vermindert.
In het zuiden van België is het bosareaal de laatste 100 jaar met 25 % vergroot en beslaat nu 30 % van de oppervlakte van het land. De aanhoudende toename van het bosareaal is een bewijs dat het hout uit het Europese grondgebied wordt vervangen en dat de houtbron, net als alle biomassa, voortdurend wordt vernieuwd.
- Momenteel is 25 % van de Waalse huishoudens en 1 op de 2 Franse huishoudens uitgerust met verwarmingstoestellen op hout. Maar als alle verwarmingstoestellen op fossiele brandstoffen vervangen zouden worden door moderne verwarmingstoestellen op hout zou de impact van de totale CO2-uitstoot aanzienlijk worden verminderd.
In Europa hebben we geluk. Ons grondgebied zit vol met biomassabronnen.
Dit geeft ons de mogelijkheid om de klimaatuitdagingen aan te gaan met nieuwe en veel milieuvriendelijkere energieproductiemethoden zoals brandhout. De moderne Stûv-haarden, inbouwhaarden of kachels, voor houtblokken of pellets, leveren indrukwekkende prestaties met rendementen van meer dan 80 %, veel meer dan de open haarden van weleer. Zo kunnen we thuis genieten van de baten van biomassa via onze eigen “energiehoutcentrale” met de gezelligheid op de koop toe.
Tot slot moet worden opgemerkt dat er in Frankrijk en andere landen overheidssteunen bestaan (CITE, éco-PTZ, ecosubsidie van het Anah, enz.) om de installatie van verwarmingstoestellen op hout door gekwalificeerde vakmensen te bevorderen. Altijd goed om te weten om besparingen, comfort en respect voor het milieu te verenigen.